Occitaans in de peau in Pau

Gent, Isabelle Bambust - Er waait een mistral door het Franse rechtslandschap. Of moet ik Mistral schrijven naar Frédéric Mistral, de Franse schrijver en lexicograaf van de Occitaanse taal? De wind waarvan sprake heeft inderdaad een Occitaanse toets1.

Op vrijdag 17 oktober 2014 verschijnt Julien Bordenave, 26 jaar, voor de strafrechter in Pau. Mijnheer Bordenave is voorzitter van “Information Sud Ouest”, vereniging die het stamlokaal van de organisatie “Libertat !” exploiteert. Bordenave wordt vervolgd voor strafbare feiten gepleegd op de Fête de la musique in de maand juni 2014. Julien Bordenave spreekt tijdens het proces alleen Occitaans en wenst zich in zijn moedertaal uit te drukken. De rechter schort de zitting op om zich te buigen over de eventuele tussenkomst van een tolk. Een kwartier later besluit de rechter …


Een kwartier later besluit de rechter dat de aanwezigheid van een tolk niet vereist is omdat Bordenave de Franse taal perfect beheerst en omdat hij de Franse taal ook heeft gebruikt tijdens de politionele ondervragingen. De rechter voegt hieraan toe dat de woorden van de verdachte in een taal die het gerecht niet begrijpt als stiltes zullen worden beschouwd. Bordenaves advocaat, Meester Blanco, – “stilte en blanco” (we hadden geen betere naam kunnen verzinnen) – vecht deze beslissing aan op grond van het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) en op basis van het Europese Handvest van 25 juni 1992 voor regionale talen of talen van minderheden.

Ik vrees dat Julien Bordenave zijn eis niet ingewilligd zal zien.

Allereerst heeft Frankrijk het door Blanco vernoemde Europese Handvest van 25 juni 1992 wel ondertekend (op 7 mei 1999), maar nooit bekrachtigd. Stel dat Frankrijk dit Europese Handvest had bekrachtigd, dan viel nog af te wachten welke talen Frankrijk als regionale talen of talen van minderheden verklaard zou hebben. En had het Occitaans dan in de boot gezeten, dan is er ook de vraag of de République française een engagement in een gerechtelijke context voor die taal zou zijn aangegaan.

Ten tweede is er “passe-partout EVRM” dat te pas en te onpas wordt aangewend. Met betrekking tot strafzaken schrijft artikel 6.3.e EVRM inderdaad voor dat “[e]en ieder tegen wie een vervolging is ingesteld, in het bijzonder de volgende rechten [heeft]: (…) e. zich kosteloos te doen bijstaan door een tolk, indien hij de taal die ter terechtzitting wordt gebezigd niet verstaat of niet spreekt.” Het Europese Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) heeft al eerder de taal die tijdens de politionele ondervragingen wordt gebruikt in de weegschaal gelegd. In de zaak Tabaï/Frankrijk bijvoorbeeld stelt het EHRM vast dat de partij, afkomstig uit Tunesië – een Franstalig land – zich voor de interne gerechten in het Frans uitdrukte, en dat zij tijdens het politieverhoor in het Frans antwoordde en verklaringen aflegde. Bovendien spreekt de jonge Bordenave ook Frans met zijn advocaat. Ook dat feit zal gewogen worden. In de zaak Lagerblom/Zweden geeft het EHRM toe dat de Zweedse kennis van de partij misschien wat beperkt was. De partij beschrijft haar taalniveau van het Zweeds als “straat-Zweeds”. Toch stelt het EHRM dat dit de partij niet verhinderde om met de Zweedstalige advocaat te communiceren.

Zo een externe taalappreciatie door de rechter blijft wel een moeilijke kwestie. In de taalhoofden van mensen kijken is onmogelijk. Zijn het niet alleen de rechtsonderhorigen zelf die iets zinnigs over hun eigen taalkennis kunnen zeggen? Een taalpubliciteitsmechanisme verbonden aan de identiteit van de burgers zou volgens mij soelaas kunnen brengen. Ik durf wedden dat Julien Bordenave dan zonder enige zweem van een proces ook de Franse taal zou aanduiden als een taal die hij beheerst.

Ik vraag het niet graag, maar betreft deze taalzaak geen uitdovend probleem in een nabije of verre toekomst? In de Ethnologue – zie http://www.ethnologue.com/language/oci – krijgt het Occitaans immers de status “6b (Threatened)” toebedeeld. Diezelfde taalwereldschets leert mij ook (volgens een bron van 2012) dat zo’n 110.000 personen Occitaans in Frankrijk aanwenden. Over de hele wereld wordt de Occitaanse taal door 218.310 personen gebruikt.

Afspraak met Bordenave en met Blanco en appel!...



Isabelle Bambust (Isabelle.Bambust@UGent.be) is onderzoeker-assistent aan de rechtsfaculteit van de Universiteit Gent. Sinds 2012 verricht zij onderzoek rond de taalbescherming bij de grensoverschrijdende mededeling van gerechtelijke documenten.


1) Zie B. ROBALY, “Pau: un francophone peut-il choisir de parler occitan à un juge ?”, 18 oktober 2014, http://www.larepubliquedespyrenees.fr/2014/10/18/un-francophone-peut-il-choisir-de-parler-occitan-a-un-juge,1215750.php; zie ook http://comitat-libertat-tor.blogspot.fr


Pdf? Klik hier om dit artikel in pdf te lezen.

 

Aanvullende gegevens